Hoogbegaafde kinderen ontwikkelen zich vaak asynchroon. Dit houdt in dat ze zich cognitief, motorisch en emotioneel op verschillende snelheden ontwikkelen. Deze kinderen hebben als het ware verschillende leeftijden in één lichaam.

Cognitief lopen hoogbegaafde kinderen voor op hun leeftijd. Zo kan een kind van 9 prima een cognitieve leeftijd van 14 jaar hebben. Als dit gezien wordt, wordt vaak van een kind verwacht dat ze op alle vlakken functioneren op het het niveau van een 14-jarige. Dit is echter vaak niet het geval.

Doordat de hersenen van hoogbegaafde kinderen zich op een andere manier ontwikkelen, lopen ze bijvoorbeeld op emotioneel gebied vaak juist achter op hun leeftijdsgenootjes. Het kind van 9 jaar met een intellectuele leeftijd van 14 kan heel goed een emotionele leeftijd van 7 hebben! Je ziet dan dus verschillen die op het eerste gezicht gek lijken. Je kunt bijvoorbeeld een intellectueel gesprek met een kind hebben over ruimtetijd, terwijl hij tegelijkertijd knuffelt met een teddybeer.

Ook motorisch lopen deze kinderen soms achter ten opzichte van hun gewone of hun intellectuele leeftijd. Een typisch voorbeeld is een kind dat start op school en heel veel moeite heeft met het leren strikken van zijn veters. Bij veel kinderen is ook het verschil tussen de intellectuele leeftijd en de motorische leeftijd. Vaak hebben ze hele ideeën in hun hoofd van dingen die ze willen realiseren, maar lukt dit niet om het te maken, omdat ze hier motorisch nog niet toe in staat zijn. Dit levert vaak zeer veel frustraties op.

Vaak hebben deze kinderen zelf wel door dat ze zich anders ontwikkelen dan hun klasgenootjes waardoor ze zich nog meer anders en raar voelen. Het helpt dan om kinderen uit te leggen dat dit hoort bij hoogbegaafdheid

* Afbeelding gebaseerd op afbeelding Morbé, S. (2019).