Hoe mooi een ander je gevoel soms kan verwoorden….
Soms heb je van die dagen dat er ineens iets op je pad komt, dat je echt nodig hebt! Ik had deze week een hele mooie week. Vol energie, vergezeld van een positieve drive, kon ik weer werken aan mijn missie om ervoor te zorgen dat hoogbegaafde, intense kinderen beter begrepen worden en krijgen wat zij nodig hebben! Ik leek wel vleugels te hebben.
Deze week viel de Talent in de bus. Ik ben zo trots en dankbaar dat ook vanuit dit tijdschrift aandacht wordt besteed aan Een intense reis. Ik wist dat zij een recensie zouden plaatsen, maar de zenuwen waren enorm. Het imposter monstertje in mijn hoofd ging te keer: “Wie ben jij om een boek te schrijven? Deze mensen gaan je gewoon een grap vinden. Wat stellen jouw verhalen nu voor?” Op LinkedIn had ik het bericht van Sven Mathijssen (eindredacteur Talent) gelezen dat de Talent maandag verzonden was. Vol spanning was ik dan ook dinsdag wel 5 keer naar de brievenbus gelopen. Niets…. De spanning kreeg de kans om nog verder op te lopen. “Anderen hebben het vast al gelezen en weten nu dat jullie verhaal gewoon onzin is… Waarom zouden jullie ervaringen genoeg zijn om een boek te kunnen schrijven?” riep het imposter monster keihard in mijn oor.
Op woensdag deed ik eindelijk de brievenbus open om daar de editie van Talent te zien liggen. Snel bladerde ik naar de recensie. Gelukkig! Er stond niet in dat ons verhaal onzin was. Er werd zelfs gezegd dat het waarschijnlijk de realiteit was voor heel veel gezinnen… En dat bleek ook uit een ander artikel in diezelfde Talent waarin geweldige, stoere jongeren vertelden wat niet-passend onderwijs met hen gedaan had! Maar toch zat het mij niet helemaal lekker. Ik kreeg het gevoel dat ons verhaal té negatief werd gevonden. Net als vroeger schreeuwde mijn hoofd ‘Je bent gewoon té, té, té!‘ Maar ja… het is wel ons verhaal. Het was onze realiteit en bij die realiteit horen voor mij als ouder emoties die heel erg diep gaan. Ik had juist deze emoties ook over willen brengen om andere ouders te laten weten dat zij niet de enigen waren die deze reis doormaakten en leerkrachten mee te nemen in deze kant van het verhaal. Wij genieten thuis enorm van elkaar en onze intense manier van zijn! Was die liefde, warmte en geluk dan niet overgekomen? Was ik echt zo negatief?
Het dubbele gevoel bleef een beetje hangen. Tot ik vanmorgen mijn LinkedIn opende en een prachtig artikel aantrof geschreven door Angelique van der Mast. In het artikel schreef zij over mijn boek. Het was prachtig om te lezen hoe mooi zij mijn verschillende gevoelslagen in dit stuk wist te verwoorden. En ik deel haar hoop. Dat juíst door het delen van deze verhalen, de oorzaak van de problemen eerder wordt herkend. Waardoor onze kinderen weer in hun volle kracht in het leven kunnen staan…
Dit is wat zij schreef:
Veel van de gevoelige, intense kinderen die zich aanpassen op school, gooien hun opgekropte spanning er thuis uit. Dat is heftig, en intens, maar ook een duidelijk signaal. Neem niet voetstoots aan dat je overprikkeling ziet, ook onderprikkeling – ondervoeding van de juiste (geestelijke) prikkels – kan een flinke rol spelen.
Zijn al deze kinderen hoogbegaafd? Niet per sé en een officieel ‘label’ hoogbegaafdheid is ook niet altijd passend of nodig. Het belangrijkste is dat er aan de onderliggende behoeftes wordt voldaan en dat het kind gezien wordt en serieus genomen wordt, in al zijn of haar intensiteit.Sommige kinderen passen zich niet (meer) aan op school en de onderprikkeling uit zich in ‘lastig’ gedrag in de klas. Als de behoefte achter het ‘lastige’ gedrag niet gezien wordt, kunnen er flinke problemen ontstaan. Misdiagnoses liggen op de loer, niet-passend onderwijs doordat leerhonger wordt gezien als ‘slechts’ de behoefte aan cognitieve uitdaging en waardoor de intensiteit van het kind niet wordt erkend.
Bij Marije van Eijk-Hofland’s zoon Dani resulteerde dit uiteindelijk in een schooltrauma en haar zoon kwam thuis te zitten. Over deze intense reis heeft ze een zeer aangrijpend boek geschreven:
“Met dit boek wil ik mijn bijdrage leveren om ervoor te zorgen dat dit proces voor andere ouders makkelijker wordt en leerkrachten zich bewuster zijn van de wijze waarop een passende schoolomgeving gecreëerd kan worden. Ik hoop dat het je helpt om het kind beter te begrijpen en het ervoor zorgt dat je er makkelijker voor kunt zorgen dat het kind ook op school krijgt wat het nodig heeft. En – als belangrijkste punt – dat je het kind kunt ondersteunen zodat hij of zijn kan leren gelukkig met zichzelf te zijn en kan genieten van alle superkrachten waar hij of zij mee gezegend is.”Het boek is één grote herkenning voor ouders van hoogbegaafde thuiszitters. Hartverscheurend en confronterend. Tegelijkertijd is er hoop. Hoop dat met een boek als dit, met de gedeelde ervaringen en de steeds breder gedeelde kennis over intensiteit, over gevoeligheid, over begaafdheid, een dergelijk schooltrauma kan worden voorkomen doordat onderprikkeling zoveel éérder wordt herkend.
– Angelique van der Mast (Praktijk Julijn)